1) Être ou avoir. Om van een dier nauwkeurig te bepalen tot welke soort het behoort moet soms het dier gedood worden en lichaamsdelen, als kaken en voeten geprepareerd worden. Soms zijn verschillende soorten in het larvestadium beter te onderscheiden. Doden heeft over het algemeen weinig zin, zeker als men beseft dat men hier met een systeem te maken heeft en niet met een object. Overigens kan een goudhaantje 80 soorten bacteriën in zich dragen en bedraagt het aantal soorten op een speld tenminste 81. (Schalk et al.  1987; Dillon & Dillon 2004).

Zie ongetwijfeld  kwetsbare soort  www.coleoptera-neotropical.orgf

 

 

  21 oktober 2009
5 december 2012

 H O M E Goudhaantjeswebsite
De Nederlandse Goudhaantjes


This site is online since 2003