Gonioctena intermedia (Helliesen, 1913)
|
Imago, France
Rhône-Alpes, Col
de la Faucille, V-1977, C.J.M. Berger (A.P.J.A. Teunissen) Kever 4-8 mm, langwerpig en in het midden weinig gewelfd, geelbruin meestal zwart gevlekt, behoudens een eventuele donkere dekschild-naad, liggen de eventuele vlekken op de dekschilden bijna altijd vanaf de 2e tussenruimte; soms onderkant en poten, zelden ook halsschild en dekschilden geheel zwart; vleugel langer dan dekschild. Kop: kaakzijde niet uitgehold. Halsschild-zijde achter ook duidelijk versmald, grootste breedte voor of in het midden; in het midden meestal ook grof gestippeld; voor en achter met borstelhaartje. Dekschilden elk dekschild met 9 enkelvoudige stippelrijen, 7e stippelrij na het midden sterk verstoord of onregelmatig. Poot: voorscheen ongedoornd. Penis asymmetrisch; -eind niet afgeplat, rand breed, opening zijdelings zwak gebogen, flagellum recht. Bovenlip van larve 1/5 deel van de lengte ingesneden. |
Duitsland, F. Köhler
(www.koleopterologie.de
gallery)