subgenus Intricatorina Kühnelt, 1984

Oreina intricata (Germar, 1824)

 

  FOTO www.meloidae.com (Krejcik 2002)


De ssp. anderschi Duftschmid, 1825 groen, de nominaat blauw, de laatste komt voor in de noordelijke Karpaten (Polen, Tsjechië, Slowakije en Oekraïne).

 

Kop: spriet onder en aan het begin licht gekleurd; laatste kaaktasterlid breder dan voorgaande lid, meestal bijlvormig afgeknot.

Halsschild-zijde over de gehele lengte breed afgevlakt; uitsteeksel tussen de voorheupen vlak, ongegroefd.

Dekschilden eenkleurig, soms iriserend maar zonder banden; zeer rimpelig (foto Borowiec, 2009); -omslag na schouder plotseling versmald (fig. ).

Penis kort, tot 4 maal langer dan breed.