Uitheems
Lang-
(25%)
of
kortvleugelig
(75%)
(Jolivet
1959).
Cyclus
als
C.
americana;
maar
2-2.5
maanden
zomerrust
bij
>18 °C.
In
onze
omgeving worden de eieren in de herfst gelegd en overwintert meestal het laatste
larve stadium, nieuwe generatie kevers in mei en juni, gevolgd door een zomerrust
en verschijnen wederom in de nazomer tot en met de herfst (Cox
2007) op
of
aan
de
voet
van
Lipbloemigen (Lamiaceae),
vooral
Ballote
(Ballota
nigra
L.)
en
Malrove
(Marrubium
vulgare
L.).
Chrysolina bankii
Op
kalkrijke
zandgronden, volgens Cox (2007) in Groot-Brittannië
vooral in open landschap van de zuid kust, maar ook in bosrijke dalen van het binnenland
(-2600
m). Tiberghien (2013)
op het Franse eilandje Groix voor Bretagne: "dans
son aire de distribution atlantique, on la trouve aussi bien en des secteurs
chauds et secs (dune fixée par exemple) que dans les milieux très humides".
Uit
Noord-Afrika,
Balearen
en
Groot-Brittannië
ook
vermeld
van
Smalle
weegbree
(Plantago
lanceotata
L.)
(Petitpierre
1985;
Bullock
1992).
Van Spanje
bekend
van
Composieten
(Petitpierre
1985). Ook vermeld van Centaurea L. (Asteraceae) en Linaria
(Scrophulariaceae) Campobasso
et. al. (1999).